Uw woning verhuren
Uw woning op Buitenplaats De Hildenberg is een prachtig en kostbaar bezit. U overweegt uw woning, wanneer u er zelf geen gebruik van maakt, te gaan verhuren. Er zijn verschillende verhuurorganisaties actief op BdH:
- VeluweVerhuurBemiddeling
- Summio Parc (nieuw merk van Dormio), met verplicht lidmaatschap van vereniging VvE BDH wat extra kosten met zich mee brengt.
Waar moet u op letten/ aandachtspunten:
- Let op de rendementsvoorspellingen. De voorspellingen van de verhuuropbrengsten van de woningen op BdH zijn – sinds 2005 - nog nooit uitgekomen (de 2 corona-jaren uitgezonderd).
- Het is géén verhuurpark. Op dit moment zijn van de 135 woningen nog slechts circa 25 woningen in de verhuur bij de huidige verhuurorganisatie.
- Let erop dat het absoluut geen gezins-, c.q. een kinderpark is. Kinderen lopen of fietsen nietsvermoedend de golfbaan op en realiseren zich niet dat (afzwaaiende) golfballen hen gevaarlijk kunnen treffen.
- U bent zuinig op uw mooie woning, maar zijn huurders dit ook?
- Er is geen verplichting tot verhuur via een verhuurorganisatie. De voorwaarden zijn in Hoger Beroep nietig verklaard (zie onderstaand). U kunt uw woning dus zelf verhuren, of via een instantie naar keuze. Wij zijn enthousiast over Veluwe Verhuurbemiddeling.
Uitspraak Hoger Beroep: VVE en verplichte verhuur
Alle zaken die rondom de VvE Buitenplaats de Hildenberg zijn opgenomen in de koopovereenkomst van huizen & kavels zijn in Hoger Beroep in het hieronder weergegeven citaat nietig verklaard. Hiermee vervalt de verplichting om lid te zijn van de VvE Buitenplaats de Hildenberg en de verhuurverplichting via Roompot.
Uitspraak ECLI:NL:GHARL:2019:3995
7 mei 2019, Gerechtshof Arnhem
Het Hof, recht doende in hoger beroep:
In gevolg artikel 25 lid 2 van de koop/aanneemovereenkomst dat een verplichting oplegt aan de verkoper om bij verkoop de verplichting om te verhuren op te leggen aan de nieuwe koper.
Dit is betreft derhalve een kettingbeding die in het kader van koop/verkoop dient te worden doorgegeven. Dit is geen derdenbeding waarop VvE van De Hildenberg nu een afdwingbare verplichting jegens eigenaren kan doen gronden. De bepaling kan niet worden gelezen als een zelfstandige en rechtstreekse verplichting van eigenaren. De bepaling verplicht alleen om in geval van doorverkoop de verplichting tot verhuur via de VvE De Hildenberg op te leggen.
Voor zover VvE de Hildenberg zich beroept op de kwalitatieve verplichting die is opgenomen in de leveringsakte (2.5) heeft te gelden dat de verplichting te verhuren via de door de VvE De Hildenberg aan te wijzen verhuurorganisatie, geen kwalitatieve verplichting is in de zin van artikel 6:252 BW. Het betreft immers een verplichting om iets te doen en niet om iets te dulden of niet te doen in de zin van lid 1 van de voornoemde bepaling. Verplichtingen om iets te doen of te geen zijn van de werking van artikel 6:252 BW uitgesloten.
Evenmin kan de VvE De Hildenberg haar vordering gronden op het kettingbeding opgenomen in de leveringsakte omdat daarvoor hetzelfde geldt als in hiervoor is overwogen ten aanzien van het kettingbeding dat is opgenomen in de koop/verkoopovereenkomst. Ook de leveringsacte schept een verplichting jegens de de opvolgend eigenaar van verkoper, en geen afdwingbare verplichting jegens VvE De Hildenberg, ook niet als derdenbeding. In de enkele omstandigheid dat De Hildenberg belang erbij heeft dat de verkoper bij doorverkoop aan de koper het kettingbeding oplegt, is onvoldoende grond gelegen om de gevraagde verklaring voor recht dat hij zal doen toe te wijzen.
De hele uitspraak is te downloaden vanuit onze mediatheek.